Leden kruisboogvereniging Heidebloem geloofden er na wedstrijd niet meer in

Kampioenstitel weer naar Schijndel

Een kwart eeuw geleden behaalde een aangewezen viertal van kruisboogvereniging De Heidebloem uit Schijndel de landstitel erekorps traditioneel. Vier sterke Schijndelse schutters herhaalden afgelopen weekeinde het huzarenstukje in Vlijmen.

Door Servaas Smulders

Met een score van 785 van de 800 te behalen punten kwamen de vier beste Schijndelse kruisboogschutters zondag aan het einde van de ochtend teleurgesteld van de banen in een Vlijmense sporthal. Vijftien missers, dat is teveel, zo redeneerden ze met de wetenschap dat de altijd sterk schietende Limburgers nog aan bod moesten komen. Captain Hans Hellings zat hoog en droog thuis toen hij uit Vlijmen een telefoontje kreeg met de mededeling dat de Limburgers zestien pijlen hadden gemist.

Hellings, die 's ochtends twee van de tweehonderd pijlen op tien meter net naast het roosje schoot: "Zoiets verwacht je niet meer. Je weet namelijk dat het heel moeilijk is kampioen te worden. De Limburgse verenigingen en vooral de Weertse tellen vele ere-schutters. Dat zijn schutters, die een gemiddelde van 194 punten schieten. Volgens het nieuwe systeem, waarin de vier beste schutters van een club voor de titel schieten, blijft bij hen altijd wel een viertal ereschutters over.

Dat de Weertse clubs 'Steeds om het roosje' en Sint-Matthias, respectievelijk zestien en zeventien pijlen misten, kan Hellings moeilijk beargumenteren: "Het is een puur mentale kwestie. Het kan de druk zijn geweest of de gedachte zij schieten toch beter. Misschien schrokken zij van onze prestatie.

De druk om te moeten presteren, moet volgens Hellings en teamleden Carli Nelissen, Henri van de Broek en Henk van de Broek, een rol hebben gespeeld. Na De Heidebloem bleven alle teams meer dan tien punten onder het Nederlands record van 795.

Trots waren de Schijndelaren, die vorig jaar als derde eindigden, wel. Na 25 jaar werd de landstitel weer eens in de wacht gesleept. Aardig detail: een kwart eeuw geleden behoorden tot het Schijndelse kampioensteam de vaders van Hans Hellings en Henri van de Broek, wijlen Tijn Hellings en Tijn van de Broek. De laatste is nog lid van de vereniging.

Trainen

Helemaal onverwacht kwam de landstitel voor de Schijndelaren niet. De de prestaties van de schutters tonen een stijgende lijn. Er wordt wekelijks urenlang getraind in cafë De Meulen. Tijdens de verenigingsavond schiet elke schutter twintig tot dertig pijlen. Op een afstand van tien meter moet de pijl precies in het roosje ter grootte van een kwartje worden geschoten.

Op het moment dat een schutter aan de slag gaat, houden anderen hem goed in de gaten. Er wordt gelet op de houding; op de wijze waarop de boog met behulp van de 'knecht' wordt gespannen en op het richten. Het spannen moet in één vloeiende beweging gaan. Het richten en schieten kan bij elke schutter verschillen. Er zijn schutters, die de boog in het ritme van de ademhaling van boven naar beneden precies op het roosje richten.

Om de prestaties te verbeteren is bij De Heidebloem ter aanmoediging de Adri van Alebeektrofee ingevoerd. De schutter, die zijn of haar puntental het meest verbeterd, ontvang na het seizoen de bokaal.

Het kampioensteam kruisboogschieten van De Heidebloem in Schijndel, vlnr. Hans Hellings, Carli Nelissen, Henri van de Broek en Henk van de Broek. Foto Jan Verhoeff

Biertje

Hoewel over doping in de kruisboogsport niet wordt gesproken, valt ook in deze specifieke tak in de schietsport in de toekomst niet aan een zekere controle te ontkomen. De schutters moeten straks, evenals thans al het geval is bij sommige schietwedstrijden, tevoren een blaastest doen. Gekeken wordt of de schutter alcohol heeft genuttigd. Een tot twee glazen bier kunnen schutters namelijk meer rust geven, hetgeen vooral bij het richten van belang is.

Over gebruik van doping in Vlijmen reppen de Schijndelaren niet. Over een glaasje bier worden de schouders opgehaald. Belangrijker is dat de kampioensbokaal voor een jaar in Schijndel prijkt. In het jaar 2000 willen ze de titel weer halen, tijdens het eeuwfeest van de vereniging in eigen huis. "We hebben de organisatie voor dat kampioenschap aangevraagd. In principe is dat jaar Gelderland aan de beurt. Wij zijn de tweede club in het land, die honderd jaar bestaat en willen dan het kampioenschap graag in eigen huis hebben zegt Hellings.


- ARCHIEF -